|
||||||
![]() |
|
Posts in de categorie « Achterom kijken»:
dec
14
2009
I love a girl in uniformEen bekentenis, van een vaststelling. Dat meisjes en vrouwen in uniform enkele sporten opklimmen op mijn ladder der aantrekkelijkheid. De stewardess, de kaartjesknipster, mevrouw soldaat, de meid in het hotel, de amazone, de agente. Ik smelt. Is het omdat een vrouw in uniform mooi is met een functie? Haar schoonheid niet alleen voor de garnituur? Of is het een vreemde regressie naar mijn jeugd, waar à lle begerenswaardige meisjes rondfietsten in uniform? En toch, ik zag en zie ik ook het onbehagen, van de vrouw in het keurslijf. De onvrede van de kaartjesknipster met haar rode hoedje. De goesting van de hotelmeid om gewoon in trainingspak de gang te komen dweilen. De jarenlange dégoût die mijn zus kweekte tegen alles wat zelfs maar naar groen zweemde. Ik voel hun pijn. Ik vind hem mooi.
nov
19
2009
De HermannenAmai, Herman Van Rompuy, President van de Europese Unie? Dat we dat nog mogen meemaken. Maar wat ik me dan afvraag: wat zouden de Hermannen daar eigenlijk van vinden? Dat een Herman het zo ver schopt. Allez, De Hermannen, weet ge nog? Een terugkerend item in Villa Tempo, het onovertroffen muzikaal programma op toendertijd nog de VRT, of was ’t zelfs nog BRT toen? Die Hermans-gewijs de wereldproblemen oplosten waar ze bijstonden. Met hun witte pruiken en zwarte zonnebrillen. Het internet geeft niet thuis, op wat losse vermeldingen in de biografieën van Bart Peeters, Hugo Mathyssen en Marcel Vanthilt na. Wel een Humo-cover, uit 1985: Uit de tijd dat de covers van Humo nog wat cultureel verantwoorder mochten: de Hermannen als Janssen, Janssen en Janssens. In een decor van Di Chirico. Van de hand van de legendarische illustrator Ever Meulen. Met Eddy Wally (met een kraag die me een beetje aan dat Rubensschilderij van 3 posten terug doet denken), toen al. Come to think of it, Marie Vinck was toen niet eens geboren. Of wel, ze is geboren in 1983, en de Hermannen zijn van 1984-1986. Dus als Marie Vinck toendertijd al naakt tussen de herfstbladeren lag te krioelen, kraaide er geen haan naar. Of ’t moet een pedofiele haan geweest zijn. Verplicht af te sluiten met: Zucht, we worden out.
mrt
25
2008
[Wijvenweek]: Mijn WijflijfOntboezemingen in het kader van wijvenweek. Niet aan te ontsnappen. “If you can’t join them, read them”, is een reactie. “If you can’t join them, do it anyway” een andere. “Mijn wijflijf” is de opdracht van dag 1. 1 uur. Zoiets. Zolang is mijn lijf een wijflijf geweest.
Afijn. Wij genoten van de verbaasde blikken van het verzameld publiek (in feite zaten wij maar in de Chiro om met de Chiro te lachen). Ondanks dit “succes” heb ik mij later nooit in de verleiding gevoeld om mijn manlijf in een wijvenlijf te transformeren. Vrouwenkleren aan te trekken. Nooit aandrang gevoeld om te travestieten (of hoe zet je dat in een werkwoord?), laat staan de oljsterse voil jannet uit te hangen. Niks voor mij. Vrouwen trekken teveel aandacht. Zuigen ogen naar zich toe. Hun lijven zijn er om te bewonderen, aan te raken, te strelen, te beminnen, in te kruipen… niet om te imiteren. En ook niet om onder ongenadig neonlicht te analyseren en masochistisch te zelfbekritiseren, zoals gisteren gebeurde. 70 vrouwen die als ze horen over “mijn wijflijf” prompt in een schrijfkramp schieten en onderdelen waar ze ongelukkig mee zijn beginnen op te sommen aan een tempo waarbij zelfs een autist schichtig van zou worden.
mrt
6
2008
Een jeugd in plaatsen (2): een eerste huis
Drie dagen na mijn geboorte werd ik meegevoerd vanuit het Sint-Jans-Ziekenhuis naar een erg tijdelijke eerste plaats waar ik mocht wonen: Gildelaan, op de plaats waar momenteel de Jaarbeurslaan (Limburghal en zo) en de Weg naar Hasselt samenkomen. In een Volkswagen kever. Een witte. In een van die lugubere appartementen (1ste verdieping, maar ik weet niet precies van welk gebouw) heb ik een maand of 4 van mijn bestaan gesleten. De eerste maanden, dus je zou verwachten dat die een diepe indruk zouden nalaten. Maar nee. Niks, niks, niks, weet ik daar nog van. We schrijven 1968. Augustus. The Summer of love! Overal hippies, vrije liefde, Woodstock en rockmuziek. Maar wellicht op dat moment nog niet in Genk, of toch niet in mijn baby-bestaan. Waren daar: mijn mama (Madeleine, werkte in een bank, maar stopte na mijn komst met werken), mijn papa (Romain, werkte toen nog even in het Belgisch Leger als beroeps-“boeffer”, of was misschien al net begonnen bij Ford). En mijn zus, Hilde, die op dat moment al 5 was en vanaf dan haar leven grondig verstoord zag. Ook mijn opa Matthijs moet toen nog in de buurt geweest zijn. Ik heb de man (een mijnwerker met stoflong) helaas nooit gekend, want hij is een jaar later overleden. Er zijn geen foto’s van ons samen. Maar ik heb nog op zijn schoot gezeten. Hopelijk heb ik het toen droog gehouden.
mrt
5
2008
Een jeugd in plaatsen (1): het ziekenhuis
Deel 1 van deze reeks kan uiteraard niet om op de plaats heen waar het voor mij allemaal begon: de plaats waar ik geboren ben. En dat was hier: Het Sint-Jans-Ziekenhuis, Weg naar As in Genk. In een van die kamertjes in het grote gebouw centraal rechts moet het gebeurd zijn. Cameraploegen van VT4 noch VTM, van “Het Leven zoals het Is” noch van Vitaya, amateurfilmers noch fotografen waren aanwezig. Ik weet zelfs niet meer dat ik op dezelfde plaats een jaar of twee later nog eens terug ben geweest, om een ingeslikte punaise (duimspijker voor onze Nederlandse medemensen) uit mijn slokdarm te laten verwijderen. Het was geen lekkere punaise, zeker? Ik weet nog een beetje van het weëe gevoel dat ik had toen ik later op dezelfde plaats nog eens terug moest gaan om mijn amandelen te laten trekken. Eenzaamheid. Schreeuwende kinderen. Tekeningen aan de muur. En nog meer slechte herinneringen toen ik rond de leeftijd van 8 jaar een kleine operatie aan mijn lulletje moest laten doen (voorhuid vastgegroeid aan het eikeltje, naar ’t schijnt komt het meer voor dan je denkt). Met de onderbuik bloot op de operatietafel, met een lieve verpleegster die met watjes en doekjes aan uw gevalletje aan het wrijven ging, en dat alles lang voor erotische gedachten aan dergelijke situatie ook maar in u op zouden komen. Trauma. Wel veel cadeau’s, een spannend boek, en gelukkig toen nog geen cliniclowns in zicht. Het Sint-Jansziekenhuis ging op die plaats later dicht. Er kwam een kunstschool. Het hospitaal kwam terecht in de bossen van Kattevennen, en heet nu ZOL (Ziekenhuis Oost-Limburg). Daar kwam ikzelf gelukkig nooit te liggen, wel natuurlijk al op bezoek gemoeten bij zieke moeders, vaders, oma’s, nonkels … Onderaan op een gedraaid beeld van het oude ziekenhuis zie je “Herfstvreugde”: het bejaardetehuis waar mijn lieve oma kwam te liggen nadat ze dement werd. Tot ze niks meer wist. En er stierf, onwetend over wat was of wat zou komen. Veel vreugde was er in die herfst niet meer te vinden. Geboorte en dood: weeral bewezen dat het dicht bij elkaar ligt. “Birth, School, Work, Death” zongen de ziedende Godfathers al, en uiteraard is dat ook the story of my life: Volgende aflevering: de papschool. |
![]() |