Nieuw: Ozark Henry "Birthmarks"
Het nieuwe album van Piet Goddaer is toegankelijker dan het vorige werk van Ozark
Henry, en bij momenten van een schoonheid die niet dikwijls geëvenaard is.
Tijdelijk in limited edition met een extra 5-track CD. >>> Koop
deze CD bij Proxis <<<
>>> 793
Bfr - 19,66 Euro - 17,37$ (op
10 okt 2001) <<<
Ozark Henry is het project van Piet Goddaer. Deze muzikant uit Kortrijk,
zoon van gelauwerd klassiek componist Norbert Goddaer, was voor Ozark Henry aan
de slag als rapper bij het gezelschap Word. Dit kwam ondanks vele optredens
nooit aan een platencontract (enige materiaal op CD is de track "Henry Men-She"
op "Debuutrock 95") en stierf aldus een stille dood. Thuis in zijn woonkamer
werd er door Goddaer en vriend Tanghe echter ook lustig geknutseld op computer
en synthesizer. Enkele van deze experimenten belandden op de tafel van platenfirma
Method (Double T), die de groep een contract aanbood.
Het debuut werd "I'm seeking something that has already found me",
uit 1996. De plaat werd eveneens opgenomen in de "Ozark Henry Living Room",
maar werd in de Synsound studio's bewerkt door een andere electronische guru :
Telex-man Dan Lacksman. Het
resultaat was een veelgelaagde plaat die in de pers goed werd onthaald. De originaliteit
van de muziek mag blijken uit de veelheid aan vergelijkingen die in de pers genoemd
werden : Tricky, Scott Walker, The The, Soul Coughing, Bowie, John Zorn, Frank
Zappa, Moby, Gavin Friday (en voeg daar ook maar het later opgerichte Dead
Man Ray bij, wat mij betreft ...)
In Knack besprak Jan Delvaux de plaat als volgt : "Ozark Heny past in
het rijtje van pientere recyclisten (dEUS, Evil
Superstars, Vaya Con Dios ...) waar wij de wereld
almaar vaker verbazen. De missie van dit tweetal situeert zich in dansverwante
gebieden. De aanwijsbare sporen van rap, acid jazz, jungle, triphop en techno
zijn echter niet meer dan een vage grondlaag. De opvulling gebeurt met vreemde
geluiden en redelijk ingewikkelde songstructuren vol onverwachte wendingen. Het
maakt deze plaat tot een onrustig en broeierig document met filmische inslag.
De belangrijkste sturing in die onconventionele geluidsmuur is de stem van Piet
Goddaer ... Ondanks de vele lagen staat de toeganspoort echter wijd open en meldt
"I'm seeking" zich in de eerste plaats als een popalbum. Weliswaar ongewoon
maar zeer indrukwekkend".
In de zomer van '97 werd er materiaal opgenomen voor een tweede cd. Deze zou
echter nooit het levenslicht zien (enkel "Summer Junkie" belandde op
de tweede cd), omdat de eerste plaat eind '97 in Frankrijk werd uitgebracht door
Sony en daar verbazend goed begon te lopen (vb. uit Les Inrockuptibles : "Ozark
Henry : c'est du triphop Zappien mariné dans le formol du jazz experimental et
drappé dans les fantômes de la new wave.") Piet Goddaer in de Morgen
: "Ondertussen was die plaat daar blijven liggen en voelde ze aan als
een oud ding. Ik wil een cd uitbrengen als hij nog fris is. Vandaar dat we een
nieuwe plaat hebben gemaakt."
De tweede cd werd dan uiteindelijk "This last warm solitude",
uitgebracht in oktober 1998. Wat opvalt is dat de songstructuren sterk zijn versimpeld,
dat Piet Goddaer nu veel meer zingt dan rapt en dat er nogal wat weemoed in de
teksten en muziek is geslopen. De gelaagdheid van de muziek, de rijkdom aan klankkleuren
en de electronische programmering van de songs zijn gebleven. De productie was
deze keer deels in handen van de Amerikanen Roy Spong en Mark Phythian, de vaste
medewerkers van Gil Norton (Pixies e.a.).
De receptie in de pers van deze meer toegankelijke plaat was dan ook zeer veelbelovend
(vb. Teek : "This last warm solitude heeft veel weg van een met zon overgoten
doolhof waar bij elke zijsprong een uitnodigend "welkom" klinkt."
- vb. De Morgen : "In muzikaal opzicht heeft deze kleurrijke puzzel van
triphop, eighties wave, experimentele pop en minimal music alles om, ook ver buiten
onze landsgrenzen, een diepe indruk te maken."). De melancholische single
"Radio" (over een ongeneeslijk zieke vriend) kreeg ook goede airplay.
Live besteed de groep veel aandacht aan het visuele aspect. Piet Goddaer in
de Morgen : "Voor mij gaan klank en beeld altijd samen. De plaat is voor
mij dan ook een soundtrack van een onbestaande film. Op het podium maken we het
beeld live, een organisch gebeuren waarbij klank en beeld elkaar voeden. Daardoor
kan er veel misgaan, maar als er alleen maar zekerheden zouden zijn, dan interesseert
het mij niet daar te staan."
In maart 2000 leverde Ozark Henry een bijdrage aan het "Glittering
2000"-project - Belgische groepen coveren songs uit het tijdperk van
de glamrock - door een versie te maken van David Bowie's "Suffragette City".
Onder het pseudoniem Sunzoo Manley, dook hij voor het eerst op op de single
"If This Is Love" van LaTchak (met
o.m. Richard 23 van Front 242). Een jaar later werd
dit echter de naam van een heel nieuw project, waarin Piet Goddaer samen met drummer
Stéphane Galland (Aka Moon) & saxophonist Frank Deruytter (Wizards
of Ooze) aan de slag ging. De debuutcd van Sunzoo Manley "To
All Our Escapes", een knappe oefening in jazz met (break)beats, werd
uitgebracht in maart 2001.
Ook in 2001, kwam er echter al het derde album van Ozark Henry aan, dit keer
met als titel "Birth Marks" (zo stond Piet Goddaer 2-maal op
een Pukkelpop podium in Augustus, met beide projecten). De cd-release is voor
15 september, maar eerst was er al een promo-single "Rescue"
eind augustus, die onder andere via de website van Studio Brussel integraal viel
te beluisteren. Bij de opnames van "Birth Marks"kreeg Ozark Henry steun
van het Audrey Riley Octet, dat eerder al samenwerkte met Blur, The Cure en Smashing
Pumpkins.
Gestart met niet minder dan 90 songs om uit te kiezen, resulteerden de opnames
in slechts 10 tracks op het uiteindelijke album (dat wel in een gelimiteerde oplage
nog 5 bonus tracks meekreeg). Zoals de bio het zegt "10 songs die enkel
maar als "rijk" kunnen omschreven worden: gospelkoren, blazerssecties,
violen, en de opnieuw ontdekte Stem. De som van al deze delen: popmuziek met verstand
en emoties, geschikt voor elk denkbaar bioritme".
Leden :
- Piet Goddaer (vocals, sequensing, programming)
- Dick Descamps (bass - on stage only)
- Stef Catteeuw (guitar - on stage only)
- Rik Debruyne (drums - on stage only)
formerly also
- Filip Tanghe (programming)
- Paul Isaac (keyboards - on stage only)
Koop CD's van deze groep
bij
Albums :
- I'm seeking something that has already found me
(Method / Double T, 1996)
- This last warm solitude (Metthod / Double T, 1998)
- Birth Marks (Sony, 2001) Singles / Tracks:
- Henry (track on "Fresh Can" - Double T, 1995)
- Dogs & Dogmen (1996)
- Hope is Dope (1996)
- Radio (7.1.23.19.11.5.13.31) (1998)
- Ocean (slipping away from you) (1999)
- Rescue (2001)
Het Belgisch Pop & Rock Archief was tot begin 2002 in handen van Dirk
Houbrechts. Om persoonlijke redenen (lees
hier waarom) stopte hij met deze website. Het archief is nu toevertrouwd
aan het Muziekcentrum Vlaanderen (www.muziekcentrum.be),
het steunpunt voor de professionele muzieksector. Contact: webmaster@muziekcentrum.be
of per post naar Muziekcentrum Vlaanderen, Steenstraat 25, 1000 Brussel.
Opgepast : Deze site betaalt auteursrechten, en is opgebouwd en onderhouden
conform de toelatingsvoorwaarden overeengekomen met de Belgische auteursrechtenvereniging
SABAM. Consultatie
van deze website is gratis, met uitsluiting van het downloaden, reproduceren of
verdere openbare medeling van de onderdelen van de site. Copieer a.u.b. niet,
link!